Psychologisch en didactisch onderzoek
'Gelijke kansen op ontwikkeling vragen om een ongelijk aanbod'
'Gelijke kansen op ontwikkeling vragen om een ongelijk aanbod'
Kinderen hebben een passende omgeving nodig om zich te kunnen ontwikkelen. Een omgeving met een aanbod dat hen in staat stelt om te leren: een aanbod dat valt in hun 'zone van de naaste ontwikkeling'. En een omgeving die begrijpt hoe ze denken en zijn. Om een omgeving, thuis en op school, zo passend mogelijk te maken is het belangrijk om te weten wat een kind nodig heeft. Een diagnostisch traject kan hier antwoord op geven.
Ik werk binnen mijn diagnostische trajecten op maat. Soms is een observatie en gesprek genoeg, soms is meer onderzoek nodig. Ik kan dan psychologisch of didactisch onderzoek uitvoeren.
Psychologisch onderzoek kan cognitief potentieel in kaart brengen en zicht bieden op sterkere en zwakkere kanten binnen de cognitieve ontwikkeling. Dit kan een rol spelen in welke omgeving en welke opdrachten cognitief passend kan zijn voor een kind. Didactisch onderzoek geeft aan welk niveau een kind beheerst en op basis daarvan kunnen onderwijsbeslissingen worden gemaakt (denk aan een versnelling of aan compacte en verrijken). Didactisch procesonderzoek kan aandachtspunten blootleggen in de ontwikkeling. Verder kan psychologisch onderzoek meer inzicht geven in hoe een kind denkt en hoe de persoonlijkheid is.
In al mijn trajecten kijk ik naar het kind als geheel. Ik wil iemand leren kennen en wil erachter komen hoe iemand denkt en is als persoon, om zo goed mee te kunnen denken in wat passend kan zijn. Het gaat dan niet om een verklaring van problemen of om een diagnose, maar om een beschrijvend beeld en om ontwikkelingsbehoeftes van een kind. Of en op welke manier deze behoeftes kunnen worden vervult, hangt af van de omgeving en daarom bespreek ik het graag samen met ouders en school.
Ik start een diagnostisch traject altijd met een kennismaking. Bijvoorbeeld aan het begin van de schooldag of na schooltijd. Het kind komt dan samen met vader óf moeder naar de praktijk en met zijn drietjes hebben we even contact. Er kunnen vragen worden gesteld en ik kan alvast wat meer uitleg geven over wat we samen gaan doen in het onderzoek. En niet onbelangrijk: een kind kan alvast wennen aan mij en aan de omgeving. Voor de gevoelige kinderen, die ik nu eenmaal vaak zie, is dit erg belangrijk. Het geeft rust. Bovendien stelt het ouders gerust als ze zien dat hun kind zich bij mij op zijn of haar gemak voelt en zichzelf kan zijn en ook dat vertrouwen is nodig voor een goede basis voor een onderzoek.
Welk type onderzoek passend is, is afhankelijk van de vraag die aan mij gesteld wordt. Soms is alleen een betrouwbare schatting van de intelligentie nodig om beweging te creëren in de omgeving en onderwijs beter passend te krijgen (bijvoorbeeld voor aanmelding voor een plusklas of HB-voorziening). Soms zijn er meer handelingsgerichte gegevens nodig en is breder onderzoek belangrijk. En soms is psychologisch onderzoek niet per se nodig en kan er via een andere route meer duidelijkheid komen. Het is altijd goed om je bewust te zijn van het gegeven dat testen momentopnames zijn en scores niet altijd alles zeggen. Mensen zijn immers interessante en complexe wezens die niet in scores te vatten zijn (gelukkig maar!). Als je denkt aan een onderzoek, denk ik graag mee in wat passend kan zijn. Neem contact op en dan spreken we jullie vragen door.
Trajecten kunnen zowel door ouders als door school (uiteraard altijd met toestemming van ouders) worden aangevraagd. Het onderzoek vindt plaats op locatie van de praktijk. Wanneer het nodig is voor een betrouwbaar beeld, is afname thuis of op school mogelijk (mits er een rustige ruimte beschikbaar is).
Voor intelligentieonderzoek beschik ik over goede en betrouwbare meetinstrumenten zoals de WISC V en de in maart 2021 uitgebrachte KIQT+. De KIQT+ is speciaal ontwikkeld voor de doelgroep (vermoedelijk) hoogbegaafde kinderen. Welke test het best passend is, bespreek ik met u tijdens de telefonische intake. Leeftijd speelt hierbij een rol net als de vragen die u graag beantwoord wilt hebben. Ik kan intelligentieonderzoek verrichten bij kinderen vanaf 5/6 jaar tot 17 jaar.
Dit type onderzoek is geschikt wanneer u alleen wilt weten wat de intelligentie van uw kind is. Er komen geen handelingsadviezen in het verslag naar voren. Onderdelen binnen dit onderzoek:
Wanneer een IQ score alleen niet genoeg is en u meer wilt weten over uw kind, is dit type onderzoek geschikt. Bijvoorbeeld als u wilt weten of HB-onderwijs passend zou kunnen zijn of welk aanbod er nodig is op basis van de begaafdheid, manier van denken en persoonlijkheid van uw kind (handelingsadviezen). Het traject bestaat dan uit een IQ test voor het inschatten van de totale intelligentie, een onderzoek naar de persoonlijkheid, het creatief denken en de manier van werken van uw kind. Op basis van dit bredere onderzoek komen de ontwikkelingsbehoeften van uw kind goed in beeld en kan ik meedenken in wat nodig is voor een positieve ontwikkeling. Onderdelen binnen dit bredere onderzoek:
Het onderzoeksverslag kan via ouders met school worden gedeeld. Als ouders willen dat ik bij een gesprek op school aanwezig ben, dan kan dat uiteraard. Een nagesprek op school is mogelijk tegen een uurtarief van €95 (btw vrijgesteld). Overigens mag school mij, met toestemming van ouders, zonder kosten bellen om verhelderingsvragen te stellen over het verslag.
Een afname van de KIQT+ is ook mogelijk als second opinion onderzoek nadat een uitslag van een andere intelligentietest, bijvoorbeeld de WISC V of RAKIT niet herkenbaar genoeg is voor de omgeving. De KIQT+ is anders opgebouwd en wordt ook anders afgenomen en gescoord dan andere testen, waardoor er een ander beeld uit kan komen (dit is echter niet altijd het geval). Bij dit type onderzoek is het belangrijk om de afname van de KIQT+ (intelligentiebepaling basis) aan te vullen met een dossieranalyse om een volledig beeld te krijgen. Een dossieranalyse kost 2 keer het uurtarief (€190).
Een basisschool neemt vaak twee keer per jaar toetsen af om te kijken waar een kind staat (bijvoorbeeld met de Cito/IEP). Bij vermoedelijk hoogbegaafden die goed presteren komt er vaak een A-score of I-niveau uit de toetsen. Dan weet je eigenlijk alleen dat een kind aan de bovenkant van het niveau van de klas scoort. Om een goed passend aanbod te maken, is het belangrijk om het daadwerkelijke niveau van het kind goed in beeld te brengen. De afstand van het niveau van het kind ten opzichte van een klas waar hij of zij in zit, met andere woorden de grootte van de didactische voorsprong, kan de noodzaak voor interventies onderschrijven en geeft een beeld van wat er precies aangeboden moet worden. Dit wordt ook wel 'doortoetsen' genoemd. Ik raad scholen aan om door te toetsen. Het is voor het kind waardevoller als school dit kan en wil doen. Ik kan advies geven in hoe door te toetsen als dat wenselijk is. Als scholen niet kunnen of willen doortoetsen, kan ik ook in de praktijk gedegen didactisch onderzoek doen.
Didactisch onderzoek gaat niet alleen om niveau en om doortoetsen. Het gaat om het proces, om het strategiegebruik. Dit is zeker van belang als kinderen op toetsen niet laten zien wat ze qua potentie zouden moeten kunnen laten zien.
Om het didactische niveau van uw kind te bepalen en te kijken naar het proces bij de vakken, kan ik toetsen afnemen voor technisch lezen, spelling, begrijpend lezen en / of rekenen. Wat ik doe is afhankelijk van de onderzoeksvraag en het zijn vaak trajecten op maat. Een didactisch onderzoek kan aanvullend aan een begaafdheidsonderzoek worden uitgevoerd of als losstaand onderzoek.
Soms is het belangrijk om een begaafdheidsonderzoek aan te vullen met bijvoorbeeld onderzoek naar de werking van het geheugen, prikkelverwerking, zelfbeeld, aandacht/concentratie of andere executieve functies. Dit hangt af van het huidig functioneren van een kind en van de vragen die er zijn. Ik zal afstemming wat nodig is om goed antwoord te kunnen geven op de vraag.
Soms is er naast een vermoeden van hoogbegaafdheid ook een vermoeden van een leerprobleem of ontwikkelingsprobleem. Ik werk in deze gevallen met handelingsgerichte diagnostiek en pas de S&Z heuristiek ontwikkeld door Agnes Burger-Veltmeijer toe. In een traject op maat worden de sterke en zwakkere kanten binnen een profiel van een kind in beeld gebracht en daarna vertaald naar handelingsadviezen. De opzet van dit onderzoek kan vooraf worden bepaald of naar aanleiding van de intakefase. Bij een uitgebreid onderzoek naar leren of gedrag zijn vaak twee ochtenden onderzoek nodig (bij een heel breed traject ligt de totale investering ligt regelmatig rond de 20 uur).
Zoals hierboven omschreven werk ik niet binnen het medische model waarin DSM-IV classificaties gesteld worden. Mocht het voor het kind echter toch een meerwaarde hebben om een classificatie te stellen, dan kan dat binnen de praktijk vormgegeven worden door samen te werken met een externe supervisor.
Praktijk voor Talent heeft geen contract met gemeenten afgesloten. Vergoeding zou wel mogelijk kunnen zijn via een PersoonsGebondenBudget van de gemeente (PGB). Als u wilt onderzoeken of dit mogelijk is, neem dan contact op met het wijkteam van uw gemeente. U zult dan bij het wijkteam moeten aangeven dat er voor uw hulpvraag geen passende gecontracteerde zorgaanbieder in de regio is (bijvoorbeeld omdat er geen aanbieder is die voldoende gespecialiseerd is voor de hulpvraag). Pas als er geen passende zorgaanbieder is voor uw hulpvraag, zal de gemeente een PGB toekennen.
Eventuele vergoeding via een school of samenwerkingsverband zou mogelijk kunnen zijn wanneer er sprake is van handelingsverlegenheid binnen de schoolse setting (school wil dan graag adviezen om verder te kunnen in de begeleiding van een leerling). Neem contact op met de Interne Begeleider (IB-er) of directie van de school van uw kind om hierover te overleggen. Wanneer school overleg wenst met Praktijk voor Talent dan is dat uiteraard mogelijk.